Zo'n twee weken geleden heb ik een stukje geschreven dat ik de titel Uitstapje: de standaardwerken heb meegegeven. Aanleiding van dit schrijven was de toespraak Naar antwoorden op geestelijke vragen zoeken van zuster Tracy Y. Browning. Ondertussen hebben we deze toespraak in onze vrouwenorganisatie besproken. Uit deze toespraak wil ik nog één zin belichten: "President Nelson heeft de cruciale waarheid onderwezen dat openbaringen van God altijd in overeenstemming zijn met Zijn eeuwige wetten en dat zij nooit in tegenspraak zijn met Zijn leer".
- "De leerstellige beginselen van elke religie kunnen het beste worden begrepen in een brede context. Om ze te begrijpen, is een zorgvuldige analyse nodig".
Ik heb het woord context gegoogeld en dit kwam er als eerste uit (Wikipedia): "De context is de totale omgeving waarin iets zijn betekenis krijgt. Hierbij kan zowel letterlijke tekst worden bedoeld als een situatie of betrokken persoon. De context is de achtergrond of referentie van een uitdrukking, idee of gebeurtenis waaraan het zijn betekenis ontleent". Is "Want zie, dit is mijn werk en mijn heerlijkheid; de onsterfelijkheid en het eeuwige leven van de mens tot stand te brengen" breed genoeg om als achtergrond of referentie te gebruiken?
- "Niet elke uitspraak van een kerkleider, vroeger of nu, is noodzakelijkerwijs een leerstelling. Met goddelijke inspiratie beraadslagen het Eerste presidium en het Quorum der Twaalf apostelen samen om een leer vast te stellen die consequent wordt verkondigd in officiële kerkpublicaties. Deze leer is te vinden in de vier standaardwerken van de Schrift (de Heilige Bijbel, het Boek van Mormon, de Leer en Verbonden en de Parel van Grote Waarde), officiële verklaringen en proclamaties, en de Artikelen des Geloofs".
Een interessante en tevens een uitdagende uitspraak. Zuster Browning begint haar toespraak met wat ze leerde toen ze jong was over het zonnestelsel. "We dachten dat we de geografie van ons zonnestelsel kenden. Dat was niet het geval. We dachten dat we wisten hoeveel planeten er in ons zonnestelsel zijn, maar we hadden het mis". Om bij het door haar aangehaalde zonnestelsel te blijven, de aarde is altijd rond geweest, maar op een gegeven moment onderwees men dat de aarde plat was. Ik ben in de kerk, om die vergelijking door te trekken, grootgebracht met leerstellingen die figuurlijk betrekking hadden op een platte aarde. Gelukkig weet ik ondertussen dat de aarde rond is. Dat wil zeggen hoe de Heer zijn kerk herstelde en wat er nu onderwezen wordt. Prachtig vind ik deze woorden uit onze leesopdracht (LV 3:2) van deze week dat "God niet wandelt op kromme paden, noch wendt Hij zich naar rechts of naar links, noch wijkt Hij af van hetgeen Hij heeft gezegd; daarom zijn zijn paden recht, en is zijn gang één eeuwige ronde". Met dit verklarend commentaar van Bruce R. McConkie in ons instituutlesboek: "God regeert door wet - volledig, volkomen, onveranderlijk en altijd. Hij heeft verordineerd dat identieke resultaten altijd voortvloeien uit dezelfde oorzaken. Er is geen aanzien des persoons bij Hem, en Hij is een Wezen bij wie geen verandering is, noch schaduw van ommekeer (Jakobus 1:17). Daarom is de koers van de Heer één eeuwige ronde, vandaag dezelfde als gisteren en voor eeuwig (LV 35:1)". Het is bijna niet meer nodig dat ik iets schrijf over het eeuwigdurend evangelie.
- "Sommige leerstellingen zijn belangrijker dan andere en kunnen als kernleerstellingen worden beschouwd".
Draait deze opmerking uiteindelijk niet om de vraag wat is de uiteindelijke waarheid van de aarde. Rond of toch plat zoals sommigen onder ons ons willen laten geloven? En kun je dit scheppingsverhaal los zien van de eeuwigdurendheid van het evangelie? In het verleden heb ik een stukje geschreven dat ik Afslag 20 heb genoemd. Wanneer we afdeling 20 van de Leer en Verbonden bespreken kom ik hier op terug. En ook op de toespraak van ouderling Quentin L. Cook waar ik naar verwijs. Omdat hij het er in deze toespraak over heeft dat in afdeling 20 "essentiële kerkleer wordt samengevat, waaronder het bestaan van God, de schepping van de mens, de val, en het heilsplan van onze hemelse Vader door de verzoening van Jezus Christus". Kijk er al naar uit om dit nader te bezichtigen.
- "Op basis van de Schriften verklaarde Joseph Smith: De fundamentele beginselen van onze godsdienst zijn het getuigenis van de apostelen en profeten aangaande Jezus Christus, dat Hij stierf, werd begraven, op de derde dag weer opstond en ten hemel opsteeg; en alle andere zaken die betrekking hebben op onze godsdienst zijn er slechts aanhangsels van".
Is dit niet uiteindelijk tevens de boodschap van president Russell M. Nelson: "De andere delen van Christus' leer zijn natuurlijk ook belangrijk. Maar het allerbelangrijkste is Zijn verzoening. Zijn verzoening is "het evangelie".
Voor nu weer even genoeg gezien, het is tijd voor een pauze. Om straks weer....