Ze vloeien als het ware in elkaar over.
Net zoals de ene gedachte leidt tot de volgende,
en de uiteindelijk laatste gedachte zijn oorsprong weer vindt in de eerste.
Niet altijd zichtbaar, maar toch aanwezig.
Neem nou onze tuin.
Aan weerszijden van onze schutting hadden wij klimop gepland.
Nu is onze tuin niet zo groot, en het groen aan beide zijden maakt onze tuin er niet groter op.
Maar het hele jaar door, geniet ik wel van deze groene wanden, en voel ik me helemaal thuis daartussen.
Vooral in het voorjaar, als de bladeren frisgroen aan het uitlopen zijn.
Maar ook in de winter, als de bladeren allang hun speciale kleur groen hebben verloren,
en de rest van de natuur er stil en donker er bij staat, ervaar ik nog steeds de werking van onze groene bladerenschutting.
Alleen helaas, op een geven moment gaf aan één kant van de schutting de klimop het op, dacht altijd dat klimop net onkruid was, en zaten wij uiteindelijk met een kale schutting.
Nu hadden wij aan weerszijden van onze schutting één klimop geplant.
Wat voldoende zou moeten zijn voor de hele schutting, wat ook het geval was en is.
Alleen wij hadden er geen rekening mee gehouden dat als die ene plant het zou opgeven, wij dan gelijk met een kale schutting zouden zitten.
Ondertussen, geleerd van onze vorige ervaring, hebben wij nieuwe klimop gepland.
Drie klimplanten wel te verstaan!
Zodat als de één het opgeeft, hopelijk de andere twee sterk genoeg zijn om het op te vangen.
Om zo op die manier te voorkomen dat, als het gebeurt, wij niet opnieuw met een kale schutting zitten.
Allemaal heel logisch en heel natuurlijk was voor mij deze gang van zaken.
Maar dat er een extra dimensie aan toegevoegd zou worden, in de vorm van een stukje tekst uit Prediker, dat had ik van te voren zelf niet kunnen bedenken.
Eerder had ik dit stukje gelezen, wat door mij ook als heel logisch en natuurlijk werd ervaren, maar door mijn ervaring met onze klimplanten, kwam het tot leven, en ontstond er een wisselwerking, waardoor elke keer als ik mijn drie klimplanten zie, herinnerd word aan de schoonheid van dit stukje tekst.
Twee zijn beter dan één
omdat zij een goed beloning hebben bij hun zwoegen.
Want, indien zij vallen,
dan richt de een de ander weer op;
maar wee de ene, die valt
zonder dat een metgezel hem opricht!
Ook indien er twee nederliggen, zullen zij warm worden,
maar hoe zal één alleen warm worden?
Kan iemand er één overweldigen,
twee zullen tegenover hem kunnen standhouden;
en een drievoudig snoer wordt niet spoedig verbroken.