Afgelopen zondag hadden manlief en ik het er over of we misschien een kerk in Dordrecht zouden gaan bezoeken. Normaal kerken we in Rotterdam, maar die zondag zouden de kerken in Dordrecht stil staan bij Keti Koti. Dat ik dit overwoog had alles te maken met dat ik nieuwsgierig was naar wat er vanaf de kansel zou worden gezegd over de rol van kerken en het slavernij verleden. In hoeverre dit ook van invloed zou zijn op hoe ze hun Bijbel zouden gaan lezen. Maar bovenal hoe ze dit 'met elkaar in gesprek gaan' zouden aanpakken.
Tijdens de Keti Koti herdenking van afgelopen vrijdag zei de artistiek directeur van het Dordrechts museum het volgende: "Als je een steen op de weg laat liggen, struikelen je kinderen erover." Uiteindelijk zijn we toch naar onze eigen kerk gegaan. Keti Koti kwam bij ons in de kerk ter sprake, doordat ik het ter sprake bracht. Voor mij voelde het alsof ik, door te spreken over Keti Koti in mijn eigen kerk, en dat ook nog vanaf de kansel, daarmee een stap over de drempel zette. Dat wat mijn moeder niet kon en kan, het oprapen van de steen waarop geschreven stond 'ras en priesterschap', deed ik, de volgende generatie, nu uiteindelijk wel. Dit blogje is een vervolg op die stap in de hoop dat mijn kinderen en kleinkinderen niet zullen struikelen over dingen die niet behoorden te zijn zoals ze waren.
Deze week staat onze zondagsschool les in het teken van Handelingen 1-5. Zomaar wat willekeurige zinnen uit de tekst van deze week: "De kerk die de Zoon van God gesticht had, was nu in Petrus' handen. De taak om 'al de volken' te onderwijzen lag bij hem. Dit was en bleef de kerk van de Heiland en Hij leidde die nog steeds."
De kerk van Jezus Christus van de eerste dagen, die van het Nieuwe Testament, waar we de komende tijd over zullen gaan spreken, wat voor kerk was dat? Was dit ook een kerk die zwarte mensen van Afrikaanse afkomst uitsloot? Als dat zo is dan begrijp ik dat er een openbaring moest komen en dat ze tot 1978 moesten wachten op het priesterschap. Dan is er inderdaad sprake van de timing van God waar ik al eerder over heb geschreven. Of speelt er iets anders? Want het is namelijk zo dat De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen claimt de Kerk van Jezus Christus uit het Nieuwe Testament te zijn, die in deze "moderne tijd" is hersteld. Een kerk zoals we in Galaten kunnen lezen dat "daarin is noch Jood noch Griek; daarin is noch dienstbare noch vrije; daarin is geen man en vrouw; want gij allen zijt één in Christus Jezus. Want gij zijt allen kinderen Gods door het geloof in Christus Jezus. En indien gij van Christus zijt, zo zijt gij dan Abrahams zaad, en naar de beloften erfgenamen."
In de Leer en Verbonden, één van de standaardwerken van mijn kerk, staat in de officiële verklaring 2 onder andere het volgende: "In de tijd van Joseph Smith is een klein aantal zwarte mannelijke leden tot het priesterschap geordend. " Met andere woorden, toen De Kerk van Jezus Christus werd hersteld, werd deze hersteld in het geloof dat God geen aannemer des persoon is. Ook zwarte mensen waren dragers van het priesterschap. "Ook", zo gaat de verklaring verder, "blijkt uit de geschiedenis van de kerk, dat de kerkleiders al vroeg ophielden met het verlenen van het priesterschap aan zwarte mannen van Afrikaanse afkomst. De kerkelijke verslagen bieden geen helder inzicht in de oorsprong van dit gebruik."
In "Ras en priesterschap", een evangelieverhandeling van de kerk, kunnen we lezen: "In de eerste twee decennia na de oprichting van de kerk werden enkele zwarte mannen tot het priesterschap geordend. Er is geen betrouwbaar bewijs dat het priesterschap aan zwarte mannen werd onthouden zolang Joseph Smith leefde. Tot Brigham Young in 1852 officieel verklaarde dat zwarte mannen van Afrikaanse afkomst niet langer tot priester geordend konden worden. In de loop der jaren hebben kerkleiders en -leden gespeculeerd over de reden voor deze beperking op het priesterschap en de tempel. Geen enkele van deze theorieën is echter officiële leer van de kerk." Ook kunnen we in deze verklaring lezen "Deze beperking werd gerechtvaardigd door de gangbare ideeën over de minderwaardigheid van sommige rassen." Met andere woorden racisme vierde hoogtij.
Toen de kerk werd hersteld hadden zwarte mannen van Afrikaanse afkomst het priesterschap. Vanaf Brigham Young tot 1978 was dat niet het geval "omdat de kerkleiders meenden dat er behoefte was aan een openbaring van God om het beleid te wijzigen." Toen deze openbaring in 1978 kwam kregen zwarte mannen het recht op het priesterschap, wat ze al hadden gehad in de dagen van Joseph Smith, toen de kerk werd hersteld. Sommige mensen noemen dit een "restauratie". Een herstelling binnen de herstelling zogezegd. Ik zie het ook als een terugontvangen waar ze recht op hadden. Met de openbaring op het priesterschap werd "beperkt begrip" zoals Bruce R. McConkie dat noemde, uitgewist.
Als het gaat om de kerk nu, dan is "Ras en priesterschap" duidelijk: "Vandaag verwerpt de kerk de theorieën die men in het verleden aanhaalde: een zwarte huid is een teken van goddelijke ongunst of vervloeking; een zwarte huid wijst op onrechtschapen handelingen in het voorsterfelijk leven; huwelijken tussen verschillende rassen zijn zondig; zwarte mensen of mensen van andere rassen of volkeren zijn ondergeschikt. De kerkleiders in deze tijd veroordelen elke vorm van racisme in het heden of verleden."
Het probleem is echter dat bepaald gedachtegoed zich niet zomaar laat wissen. Dat bleek wel uit de uitspraken van Randy Bott, gedaan tijdens de campagne van Mitt Romney. De kerk gaf toen de volgende verklaring: "Het standpunt van de kerk is duidelijk: wij geloven dat alle mensen Gods kinderen zijn en gelijk zijn in zijn ogen en in de kerk. Wij tolereren geen enkele vorm van racisme. Een tijdlang was er in de kerk een beperking op het priesterschap voor mannelijke leden van Afrikaanse afkomst. Het is niet precies bekend waarom, hoe of wanneer deze beperking in de kerk begon, maar wat wel duidelijk is, is dat het tientallen jaren geleden is geëindigd. Sommigen hebben geprobeerd de reden voor deze beperking uit te leggen, maar deze pogingen moeten worden gezien als speculatie en mening, niet als doctrine. De kerk is niet gebonden aan speculatie of meningen die met beperkt begrip worden gegeven. We veroordelen racisme, inclusief alle vormen van racisme uit het verleden door individuen zowel binnen als buiten de kerk.
Om die reden heeft de kerk een paar jaar geleden een artikel gepubliceerd dat gaat over het genezen van de wonden van racisme. Dit artikel is geschreven door Darius Gray. Hij zei hierover het volgende "Raciaal ongevoelige opmerkingen en houdingen met betrekking tot gekleurde personen zijn niet allemaal verdwenen. Erkennen dat deze problemen nog steeds bestaan, is de eerste stap op weg naar genezing." Daar ligt volgens mij het probleem. Want om het probleem te erkennen, moet je wel eerst zien dat er een probleem is.
Afgelopen zondag werd ik door iemand aangesproken naar aanleiding van wat ik gezegd had. Ze, we zijn leeftijdsgenoten, had nog nooit van de verklaring "Ras en priesterschap" gehoord, en zij was niet de enige. Wat onderwijzen deze leden over de openbaring op het priesterschap? Hoe lezen zij hun Schriften? Hierbij denk ik aan Randy Bott, notabene een professor religie, jarenlang kon onderwijzen wat hij onderwees, tot hij door de mand viel. Kijkend naar de andere kerken, het werd volgens mij pas echt een onderwerp toen de immigrantenkerken zeiden: "Zullen we het nog even hebben over het verleden?" Daarom vertel ik mijn verhaal. Want ik weet, ook door eigen ervaring onlangs in de kerk, en het maakt mij echt niet uit welke tag er aanhangt, of het nu racisme, discriminatie of diversiteit is, dat het wel degelijk een onderwerp is dat aandacht verdient. Het "Erkennen dat deze problemen nog steeds bestaan, is de eerste stap naar genezing." Het woord genezing kan ik niet los zien van Mpho Tutu dat "De reis van genezing begint met het vertellen van je verhaal." Ik ben nu bezig mijn verhaal te vertellen, net als velen met mij. De geschiedenis van het slavernijverleden, haar doorwerking in de maatschappij, in de kerken, en ook in de kerk van mij, laat zien dat het nodig is. Onze ogen hiervoor sluiten brengt ons niet verder, zeker niet als wij straks ook met palmtakken willen zwaaien (zie de tekst onder het filmpje).
uit alle naties, stammen, volken en talen,
stond vóor de troon en vóór het Lam,
bekleed met witte gewaden en palmtakken in hun hand.