In het seminarielesboek van deze week kwam ik de volgende zinnen tegen: "Mormon bespaarde ons 'een volledig verslag' van het 'afgrijselijk toneel' van goddeloosheid en bloedvergieten dat hij onder de Nephieten zag. Maar wat hij wel in Mormon 1-6 optekende laat ons afdoende zien hoe laag mensen, die eens rechtschapen waren, kunnen vallen".
Dit rechtschapen zijn gold voor zowel de Nephieten als de Lamanieten. In het opschrift van 4 Nephi lezen we onder andere dat "De Nephieten en de Lamanieten allen tot de Heer bekeerd worden, dat zij alle dingen gemeenschappelijk hebben, dat er wonderen worden verricht en dat zij voorspoedig in het land zijn". Om vervolgens in ditzelfde opschrift te lezen dat "na driehonderd jaar zowel de Nephieten als de Lamanieten goddeloos zijn".
Dit van hoog naar beneden vallen gold dus voor zowel de Nephieten als de Lamanieten. Alleen we moeten echter wel bedenken, dat ondanks dat er gesproken wordt over Nephieten en Lamanieten, die scheidingslijn niet zo zwart wit te trekken is. Dat het zowel "culturele, religieuze als etnische verschillen beschrijft".
"evenmin waren er Lamanieten
of wat voor ieten dan ook;
integendeel, zij waren één,
kinderen van Christus
en erfgenamen van het koninkrijk van God".
4 Nephi 1:17
Deze situatie van "evenmin Lamanieten of wat voor ieten dan ook" duurde tot het moment dat zij "buitengewoon rijk waren geworden wegens hun voorspoed in Christus dat er onder hen zodanigen waren die zich in hoogmoed begonnen te verheffen". En het "geschiedde dat in het tweehonderdeenendertigste jaar, er een grote verdeeldheid onder het volk was, en het geschiedde dat er in dat jaar een volk opstond dat de Nephieten werd genoemd en zij geloofden waarlijk in Christus, en onder hen waren zij die door de Lamanieten Jakobieten en Jozefieten en Zoramieten werden genoemd; het geschiedde dat zij die het evangelie verlieten Lamanieten en Lemuëliten en Ismaëliten werden genoemd, zie ook 4 Nephi 1:20." Om vervolgens te lezen dat ook het volk dat het volk van Nephi werd genoemd, wegens hun buitengewone rijkdom hooghartig en ijdel begon te worden, zoals hun broeders, de Lamanieten. Uiteindelijk komt het tot een oorlog tussen de Nephieten en de Lamanieten, meerdere zelfs, met als eind resultaat dat uiteindelijk de hele Nephitische natie wordt weggevaagd op 24 Nephitische soldaten na.
Misschien vragen jullie je af waarom ik juist dit gedeelte specifiek uit deze hoofdstukken haal. In de seminarieles van deze week wordt namelijk ook gesproken over gaven van de geest, ons voorbereiden om uiteindelijk voor Christus te komen staan, en dat "Jezus Christus met open armen klaarstaat om hen te ontvangen die ervoor kiezen zich te bekeren en tot Hem te komen." Dat ik hiervoor niet kies heeft alles te maken met mijn rode draad en deze woorden: "want dit volk zal worden verstrooid en zal een donker, vuil en weerzinwekkend volk worden." En waarom zullen zij dat zijn? "En wel wegens hun ongeloof en afgoderij." Wat uiteindelijk iets geestelijk is, want, zoals we ook in dit hoofdstuk, Mormon 5, kunnen lezen "eens waren zij een aangenaam volk, en hadden zij Christus als hun Herder; ja, zij werden zelfs geleid door God de Vader". Mooi is trouwens de verwijzende voetnoot:
En Hij verwerpt niemand die tot Hem komt,
zwarte en blanke, geknechte en vrije
man en vrouw;
en Hij is de heidenen indachtig;
en allen zijn voor God gelijk,
zowel de Joden als de andere volken.
2 Nephi 26:33
"Uiteindelijk en vooral, zei president Russell M. Nelson, zijn we allemaal kinderen van God. Ten tweede zijn wij als lid van de kerk allemaal een verbondskind. En ten derde is ieder van ons een discipel van Jezus Christus".
P.S.
Blank geschreven, wit gelezen.