De komende tijd, althans dat is mijn bedoeling, wil ik een aantal bijzondere verhalen met jullie delen over zwarte mensen, die voor of na hun doop werden geconfronteerd met ras en het priesterschap. Ik weet nog toen ik mijn verhaal deelde dat er mensen waren die vonden dat ik dit eigenlijk niet moest doen. Dat lag toch in het verleden. Waarom deze pijnlijke geschiedenis opnieuw oprakelen. Eigenlijk precies wat mensen nu zeggen over het slavernijverleden. Maar zolang ik als het ware tegen een muur op loop als het gaat om dit verleden, kunnen we nog niet spreken van eenheid, van genezing.
Genezing is niet direct een woord dat ik zelf in eerste instantie zou gebruiken. Het heeft iets zweverigs. Toch kan ik niet om dit woord heen. Zowel door het verhaal wat ik nog met jullie wil gaan delen, als door wat Mpho Tutu van Furth zei tijdens de lezing 'de reis begint met het vertellen van je verhaal'.
Maar voordat ik dat doe wil ik eerst nog aandacht geven aan iets anders. Laten we dit 'het voorportaal van de genezing' noemen. Dit voorportaal van genezing, hoe zweverig dit ook klinkt, heeft niets, maar dan ook niets, met zweverigheid te maken. Mijn vorig logje eindigde ik met deze woorden van ouderling Johnson: "We zijn geneigd om vast te houden aan achterhaalde feiten en verklaringen. We zouden er veel beter aan doen de huidige standpunten van de kerk bij te houden." Voor mij is dit klare taal die hij hier uit. Wat zijn nu die huidige standpunten van de kerk? En waarom speelt dit ook een rol in het proces van eenheid en genezing?
In het verleden heb ik een aantal stukjes geschreven over aanpassingen in de schriften. Eén van deze stukjes ging over het toegevoegde opschrift aan de Officiële Verklaring 2 in de Leer en Verbonden. In dit opschrift kunnen we onder andere lezen dat "In de tijd van Joseph Smith een klein aantal zwarte mannelijke leden van de kerk tot het priesterschap is geordend." En, ook, ik denk nu aan Elijah Able, naar de tempel is geweest. Dit opschrift, dit citaat, geeft het officiële standpunt van de kerk weer. Interessant is dat in deze tekst het volgende wordt gezegd: "uit de geschiedenis van de kerk blijkt dat de kerkleiders al vroeg ophielden met het verlenen van het priesterschap aan zwarte mannen van Afrikaanse afkomst. De kerkelijke verslagen bieden geen helder inzicht in de oorsprong van dit gebruik."
"De kerkelijke verslagen bieden geen helder inzicht in de oorsprong van dit gebruik." Is het niet interessant dat de kerk in het opschrift van deze Officiële Verklaring 2 niet het woord 'openbaring' gebruikt, maar het woord 'gebruik'. Dat de kerk een evangelieverhandeling heeft uitgegeven met als titel Ras en het priesterschap, om dit nader toe te lichten, waarin onder andere staat dat het priesterschap niet aan zwarte mannen werd onthouden zolang Joseph Smith leefde. Dat het Brigham Young was, de profeet na Joseph Smith, die officieel verkondigde dat zwarte mannen van Afrikaanse afkomst niet langer het priesterschap mochten dragen. Met daaropvolgend, enkele jaren later, de proclamatie over de herstelling. Hoe actueel wil je het hebben?
Het feit dat het zo in onze schriften staat en dat onze kerk er een verhandeling over heeft geschreven zou eigenlijk al genoeg moeten zijn om dit olifantje van het verleden te wassen en de muur te slechten, maar op de een of andere manier blijkt dat toch niet zo te zijn.
Dit jaar staat in het teken van het Boek van Mormon. Onlangs kwam ik nog deze vraag tegen tijdens mijn schriftstudie "Welke waarheid over de Heer maakt Mormon in vers 36 (Alma 19) duidelijk na dit verslag te hebben opgetekend?" Het antwoord wat men geeft is dit (seminarielesboek): "Van de woorden van Mormon in vers 36 leren we dat de arm van de Heer uitgestrekt is naar alle mensen die zich willen bekeren en in zijn naam geloven." Door het hele Boek van Mormon, wat de sluitsteen van onze godsdienst is, vinden we deze boodschap, 'dat allen gelijk zijn voor God'.
Het ligt ook niet aan onze lesboeken. De uitspraak van ouderling Johnson komt uit een lesboek. Maar voor ik in ga op Johnson's uitspraak, wil ik eerst ouderling Oaks aanhalen die in deze les zegt "dat sommige mensen redenen toe kenden aan waar we het nu over hebben en er faliekant naast bleken te zitten. Op de vraag of hij ook op redenen doelde die door algemene autoriteiten waren gegeven, antwoordde hij (ouderling Oaks): "Ik heb het over redenen die door algemene autoriteiten zijn geopperd en over redenen die door anderen uitvoerig zijn behandeld. Alle redenen kwamen mij voor als het nemen van onnodige risico's. Laten we niet de fout maken die in het verleden is gemaakt, in dit opzicht en op andere gebieden, om te proberen redenen aan openbaring toe te kennen. De redenen blijken uiteindelijk grotendeels door de mens te zijn bedacht. De openbaringen zijn wat we als de wil van de Heer steunen en daarin schuilt onze veiligheid." Ouderling Oaks gebruikt in 1988 nog het woord openbaring. Echter, als het gaat om de restrictie, dan weten we dat het juiste woord nu 'gebruik' is.
In dit lesmateriaal wordt ook gezegd dat "we niet alle antwoorden hoeven te kennen, maar we moeten wel op de hoogte blijven van wat we wél weten." Wat weten we nu, heden ten dage, precies? Want er worden nog steeds verklaringen gegeven. Ik heb daar onlangs en in het verleden een voorbeeld van gegeven, met als gemeenschappelijke deler dat men voorbij gaat aan wat we weten, hoe goed ook bedoeld, en aan wat de kerk er zelf heden ten dage over heeft gezegd.
Ouderling Johnson: "Een andere valkuil, vooral als we al een tijdje lesgeven, is de neiging om vast te houden aan achterhaalde feiten en verklaringen. We zouden er veel beter aan doen de huidige standpunten van de kerk bij te houden." En dan zegt hij dit, uiteindelijk toch nog een heel stuk tekst, ondanks mijn geknip: "Ik ben in de zomer van 1978 voor de seminaries en instituten gaan werken. In juni die zomer werd de openbaring bekendgemaakt dat het priesterschap beschikbaar werd gesteld aan alle mannen die dat waardig waren. In augustus van datzelfde jaar sprak ouderling Bruce R. McConkie, lid van het Quorum der Twaalf, tot personeel van het seminarie en instituut in een bijeenkomst als deze. Hij beklemtoonde hoe de openbaring ons begrip van de kwestie had veranderd. Hij zei: Vergeet alles wat ik eerder heb gezegd, of wat president Brigham Young of president George Q. Cannon of wie dan ook gezegd heeft, wat in strijd is met de huidige openbaring. We spraken met een beperkt begrip en zonder het licht en de kennis die nu in de wereld is gekomen. Het doet er geen greintje meer toe wat wie dan ook over de kwestie heeft gezegd vóór de eerste dag van juni dit jaar." Vervolgens zegt Johnson dit: "Laten we op de hoogte blijven van het licht dat we ontvangen hebben." Op de hoogte zijn is één ding, die ook nog aanvaarden is blijkbaar een geheel ander ding.
Afbeelding: Pixabay