maandag 5 februari 2024

Woorden doen er toe


Onlangs schreef ik dat ik van plan was om dit jaar tijdens het bestuderen van het Boek van Mormon, net als vorig jaar, mijn aandacht te richten op dat "God geen aannemer des persoons" is. Al lezend zou ik vooraan in het Boek van Mormon beginnen en dit combineren met mijn lesboek 'Kom dan en volg Mij'. En dan, in het licht van mijn rode draad, mijn gedachten hierover delen. Dat was althans de bedoeling. Probleem is echter dat er iets teveel zijstraten zijn, waar ik niet zomaar aan voorbij kan lopen. Daarnaast, ik had dat eigenlijk van te voren wel kunnen weten, ik houd van dwalen. 

En dat zal vandaag niet anders zijn, want de wind waait. Dus geen net begin met de titelpagina van het Boek van Mormon en Nephi 1. De reden dat de wind waait heeft alles te maken met deze tekst die ik tegen kwam tijdens mijn schriftstudie: "en in de stad Nazareth zag ik een maagd, en zij was buitengewoon lieftallig en blank", 1 Nephi 11:13. In de engelse tekst staat het zo: "fair and white'. White is wit, maar kan ook vertaald worden als blank, het woord waar de vertalers voor gekozen hebben. Maar blank is voor mij een woord dat ik liever niet gebruik omdat het teveel associaties heeft. Daarom gebruik ik, wanneer het over de huidskleur gaat,  het gelijkwaardige wit. In het verleden heb ik daar al over geschreven, dat zal ik dus vandaag niet opnieuw doen. Maar ik wil het hebben over het woord wit en huidskleur, en dit alles in het licht van het Boek van Mormon, maar bovenal in de context van "God is geen aannemer des persoons". 




Die kleuren in dat pleisterdoosje zijn wij, kinderen van God. God houdt van diversiteit. Komende zondag geef ik daar zelfs een 'les' over in onze vrouwenorganisatie, de ZHV, met als basis de toespraak Broeders en zusters in Christus. In deze toespraak, wordt onder andere het volgende gezegd over Gods gezin op aarde: "we hebben dezelfde geestelijke oorsprong en essentie, afkomstig van ons goddelijk erfgoed en verwantschap. Maar ieder van ons stroomt door verschillende culturen, volken en nationaliteiten, met verschillende meningen, ervaringen en gevoelens". 

Zoals wij nu zijn, één en al verscheidenheid, komen wij eenmaal voor God te staan. Daar ik geen scheiding kan maken tussen het Boek van Mormon en de Bijbel, hier een Bijbeltekst die voor mij deze diversiteit heel mooi verwoord: 

Hierna zag ik en zie,
een grote menigte, die niemand tellen kon,
uit alle naties, stammen, volken en talen,
stond vóór de troon en vóór het Lam,
bekleed met witte gewaden en palmtakken in hun hand.
Openbaring 7:9

In al hun verscheidenheid was er maar één ding van belang, waardoor zij konden staan waar ze stonden, en dat was "dat zij hun klederen gewassen hadden en hun gewaden wit hadden gemaakt in het bloed van het Lam". Interessant is het woord wit in combinatie met gewassen klederen. Wit blijkt dan, alhoewel het duidt op iets uiterlijks, de kleding, een innerlijk iets te zijn. Woorden, en in welke context ze worden gelezen, doen er toe. Evenals koppen boven de tekst in de Schriften en haar voetnoten. Wit kan zo opeens een geheel andere betekenis krijgen. 

Afbeelding Nu.nl: Hierom noemen we huidskleur niet meer blank